Inhoudsopgave
Wat betekent UVRM?
De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) werd ontworpen door de VN Commissie voor Mensenrechten en gepropageerd door met name Eleanor Roosevelt (1884-1962), de weduwe van de Amerikaanse president Franklin D. Roosevelt. Andere verdragen hebben daar nog zo’n veertig mensenrechten aan toegevoegd.
Wat zijn de Rechten van de Mens?
Welke soorten mensenrechten zijn er?
- algemene en integriteitsrechten (non-discriminatie, gelijke behandeling, bescherming van de persoon en van zijn of haar privacy, huis en familieleven, martelverbod).
- vrijheidsrechten (vrijheid van meningsuiting, van godsdienst en levensovertuiging, van vereniging).
Hoe is de universele verklaring van de rechten van de mens ontstaan?
De UVRM werd aangenomen op 10 december 1948 door de Algemene Vergadering van de VN. Er waren geen tegenstemmen. 48 staten stemden vóór en 8 onthielden zich (zes Oostbloklanden, Zuid-Afrika en Saudi-Arabië). Bij de laatste stemming legde de Sovjet-Unie een heel lange verklaring af.
Waar beginnen de mensenrechten?
Waar beginnen Universele Rechten? “Op alle plekken dicht bij huis – zo dichtbij en zo klein dat ze op geen enkele landkaart te vinden zijn. Toch is dat de wereld van ieder mens; de buurt waarin hij woont, de school of universiteit waar hij naar toe gaat, de fabriek of het bedrijf waar hij werkt.
Wat is het verschil tussen UVRM en EVRM?
Maar er is een groot verschil, namelijk het verschil tussen een ‘verklaring’ en een ‘verdrag’. Een ander groot verschil heeft te maken met de doodstraf. In de UVRM wordt de doodstraf niet genoemd. In het EVRM wordt de doodstraf wel genoemd: ‘De doodstraf is afgeschaft.
Welke landen hebben de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens ondertekend?
Alle leden van de Verenigde Naties worden geacht de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens te aanvaarden. Slechts drie landen zijn geen lid van de VN: Kosovo, Taiwan en Vaticaanstad.
Wat zijn de Rechten in Nederland?
Er zijn 2 soorten grondrechten:
- Klassieke grondrechten: de burgerlijke en politieke rechten. Dit zijn onder andere het kiesrecht, vrijheid van meningsuiting, recht op privacy, godsdienstvrijheid en het discriminatieverbod.
- Sociale grondrechten: de economische, sociale en culturele rechten.