Inhoudsopgave
Hoeveel is sin?
hoek α (radialen) | 0 | 1/4π |
---|---|---|
sin α | 0 | 1/2√2 |
cos α | 1 | 1/2√2 |
tan α | 0 | 1 |
Hoeveel is 1 sinus?
Mr. Chadd legt het je uit! Dit betekent dat sin(30°) = 1/2. In dit geval staan de hoeken in graden, maar je gebruikt ook vaak radialen.
Hoe Van cosinus naar sinus?
cos(A) = sin(A + ½π)
Welk getal is sinus?
De verhouding overstaande rechthoekszijde aanliggende rechthoekszijde heet tangens van de hoek, De verhouding overstaande rechthoekszijde schuine zijde heet sinus van de hoek, De verhouding aanliggende rechthoekszijde schuine zijde heet cosinus van de hoek.
Wat is een sinus van een hoek?
Het waren oorspronkelijk functies van de hoeken in een rechthoekige driehoek. De sinus is daarin de verhouding van de tegenover de hoek liggende zijde en de schuine zijde, en de cosinus is de sinus van de complementaire hoek en dankt daaraan zijn naam.
Hoe werkt sin?
De sinus, cosinus en tangens geven de verhouding van zijdes in een rechthoekige driehoek aan. Wanneer je van een rechthoekige driehoek de lengtes van de zijdes weet, kan je de hoek berekenen door middel van de inverse van de sinus, cosinus of tangens (sin–1, cos–1, tan–1).
Hoe bereken je D bij een Sinusoide?
Je kan d vinden door te kijken wanneer de grafiek voor het eerst omhoog beweegt door de evenwichtsstand na de oorsprong. Het is belangrijk dat je kijkt naar een punt waar de grafiek omhoog beweegt en niet omlaag, anders zit je er namelijk precies een halve periode naast.
Wat betekent sinus?
Het waren oorspronkelijk functies van de hoeken in een rechthoekige driehoek. De sinus is daarin de verhouding van de tegenover de hoek liggende zijde en de schuine zijde, en de cosinus is de sinus van de complementaire hoek en dankt daaraan zijn naam. Sinus en cosinus zijn functies met als grafiek de bekende golflijn.
Hoe bereken je de sinus?
Vuistregels
- sin(∠A)=overstaande rechthoekszijde van ∠Aschuine zijde.
- ∠A=sin−1(overstaande rechthoekszijde van ∠Aschuine zijde )
Hoe bereken je tangens sinus en cosinus?
De volgende formules zijn daarbij belangrijk om te onthouden:
- Sinus: sin (∠A)= overstaande rechtshoekzijde van∠A schuine zijde=BCAC.
- Cosinus: cos (∠A)= aanliggende rechtshoekzijde van∠A schuine zijde=ABAC.
- Tangens: tan (∠A)= overstaande rechtshoekzijde van∠A aanliggende rechtshoekzijde van∠A=BCAB.
Hoe weet je of je sinus cosinus of tangens moet gebruiken?
SOS-CAS-TOA SOS houdt in: Sinus is Overstaande zijde gedeeld door de Schuine zijde. CAS houdt in: Cosinus is Aanliggende zijde gedeeld door de Schuine zijde. TOA houdt in: Tangens is Overstaande zijn gedeeld door de Aanliggende zijde.