Waren geweest of zijn geweest?

Waren geweest of zijn geweest?

In het Standaardnederlands wordt geweest met (een vorm van) het hulpwerkwoord zijn gecombineerd: ‘Ik stond in de file, anders was ik wel eerder thuis geweest. ‘ Had geweest komt vooral in de spreektaal wel voor – iets vaker in het westen dan in het oosten van het Nederlandse taalgebied.

Zou zijn welke tijd?

de onvoltooid verleden toekomende tijd, o.v.t.t. (het futurum praeteriti): ik zou snurken, ik zou blijven; de voltooid verleden toekomende tijd, v.v.t.t. (het futurum exactum praeteriti): ik zou gesnurkt hebben, ik zou gebleven zijn.

Waar komt geweest vandaan?

In de zestiende eeuw is geweest overal de gewone vorm, al komt ghewesen ook nog weleens voor, wellicht onder invloed van het Duits. Al lang voordat de spelling officieel werd vastgelegd (dat gebeurde in 1804), was de schrijfwijze geweest dus gebruikelijk. Daardoor is geweest de officiële spelling geworden.

Is het waren of waren?

Een aantal kan als de kern van de woordgroep worden beschouwd, en daar hoort een persoonsvorm in het enkelvoud bij: een aantal ouderen was aanwezig. Maar ook ouderen kan als de kern van de woordgroep worden beschouwd, en daar hoort een persoonsvorm in het meervoud bij: een aantal ouderen waren aanwezig.

Waren en werden?

worden/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van worden
onbepaalde wijs lang
verleden (v.v.t.) was geworden waren geworden
toekomend (v.t.t.t.) zal geworden zijn zullen geworden zijn
voorwaardelijk (v.v.t.t.) zou geworden zijn zouden geworden zijn

Hoeveel tijden zijn er in het Nederlands?

De Nederlandse taal kent in totaal acht werkwoordstijden. Twee tijden maak je met alleen het werkwoord: de onvoltooid tegenwoordige tijd (ik speel, ik begrijp) en de onvoltooid verleden tijd (ik speelde, ik begreep).

Is het Jij ben of jij bent?

De correcte vormen zijn u bent en bent u. U is en is u worden als verouderd beschouwd.

Is geweest tegenwoordige tijd?

zijn/vervoeging – WikiWoordenboek.

Wat is Ott?

De onvoltooid tegenwoordige tijd wordt gevormd door aan de stam van het werkwoord een uitgang toe te voegen. Voorbeelden van de onvoltooid tegenwoordige tijd (o.t.t.) zijn: ik werk, jij denkt, hij gaat, wij wandelen, jullie eten, zij dromen.

Wat is onvoltooid?

onvoltooid – bijvoeglijk naamwoord uitspraak: on-vol-tooid 1. er moet nog iets aan gedaan worden ♢ er is nog een onvoltooid boek van Mulish gevonden 1.

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven