Inhoudsopgave
Hoe maak je Est-ce que vragen?
Het stappenplan om vragen te stellen met ‘est-ce que’:
- Begin met est-ce que.
- Maak een normale zin met gewone woordvolgorde (eerst het onderwerp, dan de persoonsvorm).
- Sluit de zin af met een vraagteken.
Hoe Est-ce que gebruiken?
Deze vorm wordt vaak gebruikt. QUI est-ce qui ► Wie (onderwerp) + Rest van de zin. QUI est-ce que ►Wie (lijdend voorwerp) + Rest van de zin. QU’est-ce qui ►Wat (QUE ►(QU’+ est)onderwerp) + Rest van de zin.
Hoe maak je een zin vragen in het Frans?
Een Franse zin vragend maken Begin met een gewone bevestigende zin, bijvoorbeeld: De kat loopt in de tuin. Le chat marche dans le jardin. Wanneer je nu heel simpel een? achter de zin zet en aan het eind van de zin met je toonhoogte, je intonatie, omhoog gaat, heb je al een vraag gesteld.
Wat zijn Est-ce que vragen?
Est-ce que betekent letterlijk “is het zo dat”. Het kan aan het begin van een bevestigende zin worden geplaatst om deze te zetten in een vraag: Est-ce que vous dansez?, Danst U? Est-ce que tu veux voir un film?, Wil je een fim zien?
Wat is het verschil tussen Quel en Qu Est-ce que?
Als wie het lijdend voorwerp is of na een voorzetsel, gebruik je qui of qui est-ce que. Als wat het lijdend voorwerp is, gebruik je qu’est-ce que of que.
Wie Wat Waar oefening?
* Leg drie kaartjes met de vraagwoorden ‘wie’ of ‘wat’, ‘doet’ en ‘waar’ in de juiste volgorde neer. Het kind bekijkt de afbeeldingen en maakt een goede zin. * Laat de zin die het kind gemaakt heeft liggen. Wissel één kaartje om met een ander kaartje.
Wat zijn intonatie vragen?
Intonatie is een prosodische eenheid in de fonetiek. In tegenstelling tot tonen wordt intonatie niet gebruikt om woorden van elkaar te onderscheiden, wel kan het de betekenis van een zin benadrukken of verduidelijken. In veel talen is er een onderscheid in de intonatie van vragende zinnen en stellende zinnen.
Wat zijn de 6 vraagwoorden?
Een vraagwoord is of (1) een vragend voornaamwoord, (2) een vragend bijwoord, (3) het vragend voornaamwoordelijk bijwoord of (4) het vragend telwoord….Vraagwoorden (en voorbeelden)
- 5W´s: wie, wat, waar, waarom, waartoe.
- 7W’s: wie, wat, waar, waarom, waartoe , wanneer, welke.
- H: de hoe.