Inhoudsopgave
Waar ligt het genotype?
GENETICA > FENOTYPE EN GENOTYPE – dit zijn de erfelijke eigenschappen van een individu. (en zijn dus te vinden in de chromosomen.)
Hoe werkt een stamboom biologie?
In de stamboom staat aangegeven welke bloedgroepen de leden van deze familie hebben. Bloedgroep O wordt veroorzaakt door twee recessieve allelen. Het genotype van dochter 9 is dan ook ii. Met behulp van deze gegevens zijn de genotype van vader 6 en moeder 7 te bepalen.
Welke genotype zijn er?
Er zijn nu twee genotypes mogelijk: AA en A0. Heeft een van de ouders of een van de kinderen van Henk bloedgroep 0, dan staat met zekerheid vast dat Henk genotype A0 heeft. Heeft een van de kinderen bloedgroep B, dan staat ook vast dat Henk genotype A0 heeft.
Wat betekent het genotype?
genotype – Zelfstandignaamwoord 1. (wetenschap) het geheel van genetische kenmerken dat een soort onderscheidt ♢ Het geslacht ligt vast in het genotype van de mens.
Wat kan je in een stamboom aflezen?
Stambomen
- In een stamboom kun je zien of een bepaalde erfelijke eigenschap in een familie voorkomt en bij welke familieleden.
- Het gen voor de ziekte is dominant.
- Van alle gezonde individuen weet je dat het genotype homozygoot recessief is (aa).
- Van alle zieke individuen weet je dat ze heterozygoot zijn.
Hoe moet je een stamboom maken?
Genealogie: waar beginnen?
- Verzamel wat voor het rapen ligt.
- Bevraag uw familieleden.
- Vraag uittreksels of reproducties van akten van de burgerlijke stand.
- Wandel over kerkhoven.
- Gebruik de zoekrobotten van het Rijksarchief.
- Raadpleeg het gedigitaliseerd archief op de website van het Rijksarchief.
Wat is het genotype van een persoon met normale groei?
Het is een persoon met dwerggroei. 3 Wat is het genotype van een persoon met normale groei? Genotype bb.
Is oogkleur fenotype?
Een organisme kan bijvoorbeeld voor oogkleur een bruin deel (allel) van vader erven en een blauw deel (allel) van moeder. Het gen oogkleur is dan in een paar aanwezig. De afzonderlijke delen van vader en moeder noem je een allel. Alleen het dominante allel komt dan tot uiting in het fenotype.