Is winkel een zelfstandig naamwoord?

Is winkel een zelfstandig naamwoord?

winkel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord.

Is winkel een leenwoord?

Sinds de veertiende eeuw heten plaatsen waar artikelen worden verkocht ‘winkels’. Het woord winkel is afgeleid van wenken; oorspronkelijk duidde winkel een ‘hoek’ aan. De betekenis verschoof naar ‘hoekje – op straat, in een gebouw – waar koopwaar wordt verkocht’, en vervolgens naar de huidige betekenis.

Waar komt het woord winkel vandaan?

Een winkel is een plaats waar koopwaar wordt aangeboden en verkocht. Het woord winkel komt van hoek (vergelijk: winkelhaak en het Duitse Winkel). Etymologisch gezien wijst deze vroege betekenis op de hoek waar de koopwaar was opgesteld.

Hoe schrijf je winkel?

Woordherkomst en -opbouw

enkelvoud meervoud
naamwoord winkel winkels
verkleinwoord winkeltje winkeltjes

Hoe schrijf je samenstellingen met online?

Samenstellingen met ‘online’ worden als één woord gespeld, tenzij de klinkers botsen. In dat geval krijgt ‘online’ de klemtoon. Als ‘online’ als een bijvoeglijk naamwoord gebruikt wordt, staat het los. In dat geval krijgt het zelfstandig naamwoord de klemtoon.

Wie heeft de winkel uitgevonden?

In Nederland. In 1946 startte Chris van Woerkom als eerste met zelfbediening in Nijmegen in 1948 gevolgd door Dirk van den Broek in Amsterdam en in 1949 door Kijkgrijp in Velsen-Noord. Begin jaren vijftig volgden diverse andere zaken.

Welke diploma’s heb je nodig om een winkel te beginnen?

Wat voor winkel je ook wilt gaan starten, je moet je altijd eerst inschrijven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel (KvK). Dat geldt voor iedere ondernemer in iedere branche, dus ook de detailhandel. Je inschrijving in het Handelsregister wordt vervolgens automatisch doorgegeven aan de Belastingdienst.

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven