Wat is de tegenwoordige tijd van schrikken?

Wat is de tegenwoordige tijd van schrikken?

Alle vervoegingen van het werkwoord schrikken

presens – tegenwoordige tijd
jij, je schrikt
u schrikt
hij zij, ze het men schrikt
zij, ze wij, we jullie schrikken

Is het schrikte of schrok?

Het werkwoord afschrikken wordt zwak vervoegd: het is ‘Het onstuimige weer schrikte de wandelaars niet af. ‘ (En niet ‘Het onstuimige weer schrok de wandelaars niet af. ‘) Ook het voltooid deelwoord is zwak: ‘Dat heeft ons niet afgeschrikt. ‘

Wat betekent schrikken?

SCHRIKKEN – (schrikte, schrok, is geschrikt of geschrokken), door schrik bevangen worden, van vrees, schrik opspringen, bang zijn, ontstellen, ontroeren ; hij schrikt niet gauw, is niet gauw bang; wij schrokken voor dat plotselinge gevaar ; hij is erg geschrokken; hij schrikte voor eene kleinigheid ; — men schrikt, als …

Is het opgeschrikt of opgeschrokken?

schrik krijgenBewerken

vervoeging van de bedrijvende vorm van opschrikken
onbepaalde wijs kort
voltooid tegenwoordig opgeschrikt/ opgeschrokken
toekomend opgeschrikt/ opgeschrokken zullen
onvoltooid deelwoord voltooid deelwoord

Wat betekent geschrokken?

Vervoegingen: is geschrokken (volt. deelw.) plotseling grote onrust of angst voelen Voorbeeld: `schrikken van een harde knal`Ik schrok me dood.

Is schrik een werkwoord?

Het onovergankelijke schrikken is een sterk werkwoord: de verledentijdsvorm is schrok, het voltooid deelwoord is geschrokken. Afschrikken is overgankelijk en kent alleen een regelmatige (zwakke) vervoeging: het schrikte me af, zij werden daardoor afgeschrikt.

Doen schrikken synoniem?

schrikken: (schrikte, geschrikt), doen schrikken. als trefwoord met bijbehorende synoniemen: schrikken (ww): ontstellen, opschrikken, verschieten, verschrikken.

Wat is verschieten?

verschieten – Werkwoord 1. ergatief plotseling veranderen ♢ Bij het horen van het onheilsbericht was hij van kleur verschoten. 2. (ov) door oningehouden schieten vertijdig opmaken ♢ Ze hadden de mooiste vuurpijlen al verschoten.

Wat een schrok?

SCHROK – m. (-ken), gulzigaard, gulzige eter; (gew.) groote honger; (fig.) vrek.

Wat betekent afgeschrikt?

afschrikken – Werkwoord 1. (ov) doen weggan door angst aan te jaren, door angst aan te jagen bepaald gedrag voorkomen ♢ Het wild werd afgeschrikt door de geur van de jagers.

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven