Inhoudsopgave
- 1 Welke werkwoorden hebben geen ge bij het voltooid deelwoord Duits?
- 2 Wat zijn zwakke werkwoorden in het Duits?
- 3 Wat is het voltooid deelwoord van spielen?
- 4 Hoe vervoeg je regelmatige werkwoorden in het Duits?
- 5 Wat zijn sterke en zwakke werkwoorden Duits?
- 6 Heeft Duits vervoegen?
- 7 Hoe maak je de verleden tijd in het Duits?
- 8 Wat is het voltooid deelwoord van zijn in het Duits?
- 9 Hebben zijn werden Duits?
- 10 Hoe vorm je Präteritum?
Welke werkwoorden hebben geen ge bij het voltooid deelwoord Duits?
Eindigt een werkwoord op -ieren, of begint het met ge- of be-? In principe gebruik je dan géén ge- bij het voltooid deelwoord. passieren ———— > Es ist passiert. ————– > Het is gebeurd….En nu jij!
- Hij heeft gereden.
- Wij hebben gedaan.
- Ik heb gereageerd.
- U bent geweest.
- Jij hebt gewerkt.
Wat zijn zwakke werkwoorden in het Duits?
Zwakke werkwoorden (‘schwache Verben’) zijn werkwoorden die min of meer regelmatig vervoegd worden. Denk hierbij aan Nederlandse werkwoorden die -te of- de als uitgang in de verleden tijd krijgen (wonen, spelen, koppen) en een voltooid deelwoord op t of d hebben (gewoond, gespeeld, gekopt).
Welke uitzonderingen zijn er bij het voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden Duits?
Uitzonderingen: Als de stam eindigt op een -d of een -t, dan krijgen de volgende 3 vormen een extra e: du, er/sie/es, ihr. Je merkt, dat dit nodig is voor de uitspraak.
Hoe vervoeg je sterke werkwoorden Duits?
De regels van het sterke werkwoord in het Duits:
- De uitgangen van het Duitse sterke werkwoord in de tegenwoordige tijd zijn: -e, -st, -t, -en, -t, -en, -en.
- Als de stam van het werkwoord op een t of d eindigt (bijvoorbeeld halten), of op een s-klank (bijvoorbeeld lassen), wordt een s of t in de uitgang soms weggelaten.
Wat is het voltooid deelwoord van spielen?
Uitspraak
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd | voltooid deelwoord |
spielen /ˈʃpiːlən/ | spielte /ˈʃpiːltə/ | gespielt /gəˈʃpiːlt/ |
volledig |
Hoe vervoeg je regelmatige werkwoorden in het Duits?
Duits/Grammatica/Werkwoorden/Regelmatig (zwak) in de tegenwoordige tijd
Persoon | uitgang |
---|---|
Du | -st |
Er/sie/es | -t |
Wir | -en |
Ihr | -t |
Wat is een zwak en sterk werkwoord Duits?
In het Duits heb je, net als in het Nederlands, ‘”Sterke'” en ‘”Zwakke'” werkwoorden. Het belangrijkste verschil tussen Sterke en Zwakke werkwoorden is dat bij de Sterke werkwoorden een klinker verandert in de verleden tijd. Bij Zwakke werkwoorden gebeurt dit niet of nauwelijks.
Waarom moet je de vormen van sterke werkwoorden uit het hoofd leren?
Van sterke werkwoorden zijn de vervoegingen onregelmatig en onvoorspelbaar. Het is een morfologische toevalligheid dat het ene werkwoord regelmatig is en het andere onregelmatig. Dit soort dingen moet je uit je hoofd leren als je een taal leert. We hebben daardoor in dezelfde taal soms twee vervoegingen naast elkaar.
Wat zijn sterke en zwakke werkwoorden Duits?
Heeft Duits vervoegen?
– Ich habe Glück gehabt….More videos on YouTube.
tegenwoordige tijd | ||
---|---|---|
ich du er/sie/es wir ihr sie/Sie | habe hast hat haben habt haben | ik heb jij hebt hij/zij/het heeft wij hebben jullie hebben zij hebben/u heeft |
Wat is de perfekt in het Duits?
Voltooid tegenwoordige tijd (Perfekt) in het Duits.
Wat is het voltooid deelwoord van sein?
Voltooid deelwoord van sein, haben, werden
sein | haben | |
---|---|---|
ich (= ik) | bin gewesen | habe gehabt |
du (= jij) | bist gewesen | hast gehabt |
etc. | etc. | etc. |
Hoe maak je de verleden tijd in het Duits?
De onvoltooid verleden tijd voor het zwakke werkwoord wordt gevormd door achter de stam de uitgangen -te -test -te -ten -tet -ten te zetten. Het voltooid deelwoord wordt zo gevormd: ge-stam-t.
Wat is het voltooid deelwoord van zijn in het Duits?
Sein (zijn) ‘ Het voltooid deelwoord hierbij is gewesen . Je krijgt hierbij dan als persoonsvorm gewoon de tegenwoordige tijd, zoals bij ‘Du warst gewesen’.
Hebben Duits vervoegen?
Duits/Grammatica/Werkwoorden/HabenSeinWerden
haben (hebben) | sein (zijn) | |
---|---|---|
ich | habe | bin |
du | hast | bist |
er/sie/es/man | hat | ist |
wir | haben | sind |
Hebben en zijn verleden tijd Duits?
HABEN, SEIN EN WERDEN
sein (zijn)tegenwoordige tijd | werden (werden)verleden tijd | |
---|---|---|
du | bist | wurdest |
er /sie/es | ist | wurde |
wir | sind | wurden |
ihr | seid | wurdet |
Hebben zijn werden Duits?
Hieronder vindt u het vervoegingsoverzicht van de werkwoorden sein (zijn), haben (hebben) en werden (“worden” en “zullen”). Deze drie werkwoorden komen het vaakst voor in de gesproken taal.
Hoe vorm je Präteritum?
1. Werkwoorden waarvan de stam eindigt op -d, -t, -m or -n -> voeg een extra -e toe tussen de stam en de uitgang. 2. Bij de persoonlijke voornaamwoorden wir en sie/ Sie wordt de vervoeging samengevoegd met het einde van het werkwoord.
Zullen vervoegen Duits?
Het werkwoord werden: hoe moet je deze vervoegen?
- Ik word / ik zal: ich werde.
- Jij wordt / zal: du wirst.
- Hij/zij/het/men wordt / zal: er/sie/es/man wird.
- Wij worden / zullen: wir werden.
- Jullie worden / zullen: ihr werdet.
- Zij worden / zullen: sie werden.
- U wordt / zal: Sie werden.
Zullen in Duits vervoegen?
Wij worden / zullen: wir werden. Jullie worden / zullen: ihr werdet. Zij worden / zullen: sie werden. U wordt / zal: Sie werden.