Inhoudsopgave
- 1 Wat is lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp?
- 2 Wat is de functie van het zinsdeel lijdend voorwerp?
- 3 Is er een meewerkend voorwerp zonder lijdend voorwerp?
- 4 Hoe vind je het meewerkend voorwerp voorbeeld?
- 5 Kan een meewerkend voorwerp in een Naamwoordelijk gezegde?
- 6 Wat is het lijdend voorwerp Juf Melis?
- 7 Wat is een lijdend voorwerp wikikids?
- 8 Hoe kan je het lijdend voorwerp vinden in een zin?
- 9 Wat is het lijdend voorwerp van de zin?
- 10 Kan er een meewerkend voorwerp in de zin staan met een Naamwoordelijk gezegde?
- 11 Hoe bepaal je het lijdend voorwerp?
Wat is lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp?
Wat is het meewerkend voorwerp (mv)? Het meewerkend voorwerp (mv) hangt samen met de persoonsvorm, het onderwerp, het gezegde (naamwoordelijk of werkwoordelijk) en het lijdend voorwerp. In een zin kan maar één meewerkend voorwerp staan. Zet Aan wie / Voor wie voor het onderwerp, gezegde en eventuele lijdend voorwerp.
Wat is een lijdend voorwerp voorbeeld?
Het lijdend voorwerp is degene die of datgene wat de werking van het werkwoord (het werkwoordelijk gezegde) direct ondergaat. Een andere naam voor het lijdend voorwerp is daarom direct object. In bijvoorbeeld ‘Ik koop een fiets’ ‘ondergaat’ een fiets direct de werking van het werkwoord kopen.
Wat is de functie van het zinsdeel lijdend voorwerp?
Het lijdend voorwerp of direct object is het zinsdeel waarop de werking van het werkwoord (het werkwoordelijk gezegde) rechtstreeks betrekking heeft; in sommige gevallen is het lijdend voorwerp het onmiddellijke resultaat van de door het werkwoordelijk gezegde omschreven handeling.
Wat is het meewerkend voorwerp Juf Melis?
Een meewerkend voorwerp kan in een zin staan, maar dat hoeft niet. Het meewerkend voorwerp (mv) kun je vinden door de volgende vraag te stellen: mv: aan/voor wie + wwg + ow + (lv)? Let op: Het voorzetsel ‘aan’ of ‘voor’ kan bijna altijd worden weggelaten of toegevoegd bij het meewerkend voorwerp.
Is er een meewerkend voorwerp zonder lijdend voorwerp?
Soms is er in de zin geen lijdend voorwerp aanwezig, maar wel een meewerkend voorwerp. Dat is in twee situaties het geval: als de zin een naamwoordelijk gezegde heeft en als je te maken hebt met een lijdende (of passieve) zin.
Hoe weet je wat het lijdend voorwerp is?
Lijdend voorwerp
- Zoek eerst de persoonsvorm, het onderwerp en het gezegde.
- Het lijdend voorwerp = wie / wat + onderwerp + gezegde.
- Als de zin een naamwoordelijk gezegde heeft, dan is er geen lijdend voorwerp.
- Een zin kan dus alleen een lijdend voorwerp hebben als het een werkwoordelijk gezegde heeft.
Hoe vind je het meewerkend voorwerp voorbeeld?
Meewerkend voorwerp
- Julia en Kim gaven een cadeautje aan hun moeder.
- Ik vroeg (aan) haar of ze nog op vakantie ging.
- Mijn vriend geeft de poes en de hond hun eten.
- Hij laat al zijn geld na aan goede doelen.
- Toen de kinderen niet luisterden, nam hun vader hun de playstation af.
Wat vraag je bij een lijdend voorwerp?
Lijdend voorwerp
- Zoek eerst de persoonsvorm, het onderwerp en het gezegde.
- Het lijdend voorwerp = wie / wat + onderwerp + gezegde.
- Als de zin een naamwoordelijk gezegde heeft, dan is er geen lijdend voorwerp.
- Een zin kan dus alleen een lijdend voorwerp hebben als het een werkwoordelijk gezegde heeft.
Kan een meewerkend voorwerp in een Naamwoordelijk gezegde?
Als in de zin een meewerkend voorwerp zit, is er ook heel vaak een lijdend voorwerp aanwezig. Soms is er in de zin geen lijdend voorwerp aanwezig, maar wel een meewerkend voorwerp. Dat is in twee situaties het geval: als de zin een naamwoordelijk gezegde heeft en als je te maken hebt met een lijdende (of passieve) zin.
Wat is het meewerkend voorwerp voorbeeld?
Het meewerkend voorwerp begint vaak met het voorzetsel aan – als dat niet in de zin staat, kan het er meestal bij gedacht worden. Enkele voorbeelden: Julia en Kim gaven een cadeautje aan hun moeder. Ik vroeg (aan) haar of ze nog op vakantie ging.
Wat is het lijdend voorwerp Juf Melis?
Het lijdend voorwerp is een onderdeel van het redekundig ontleden. Het lijdend voorwerp is onderdeel van de schoolgrammatica en wordt ook zinsontleding of zinsdeelbenoeming genoemd. De Latijnse naam voor lijdend voorwerp is direct object en de afkorting is lv.
Wat is het meewerkend voorwerp in een zin?
Een meewerkend voorwerp is degene die iets ontvangt of verneemt of van wie iets wordt afgenomen; het is een bepaald soort indirect object. Het meewerkend voorwerp begint vaak met het voorzetsel aan – als dat niet in de zin staat, kan het er meestal bij gedacht worden.
Wat is een lijdend voorwerp wikikids?
Het lijdend voorwerp is een term uit de grammatica. Bedoeld is het zinsdeel dat een handeling ondergaat die door middel van het gezegde in dezelfde zin wordt beschreven. Het lijdend voorwerp staat dan in de vierde naamval, die we ook wel de accusatief noemen.
Wat is het lijdend voorwerp?
Het lijdend voorwerp is degene die of datgene wat de werking van het werkwoord (het werkwoordelijk gezegde) direct ondergaat. In bijvoorbeeld ‘Ik koop een fiets’ ‘ondergaat’ een fiets direct de werking van het werkwoord kopen.
Hoe kan je het lijdend voorwerp vinden in een zin?
Wat is het lijdend voorwerp groep 7?
Het lijdend voorwerp = wie / wat + onderwerp + gezegde. Als de zin een naamwoordelijk gezegde heeft, dan is er geen lijdend voorwerp. Een zin kan dus alleen een lijdend voorwerp hebben als het een werkwoordelijk gezegde heeft.
Wat is het lijdend voorwerp van de zin?
Het lijdend voorwerp is degene die of datgene wat de werking van het werkwoord (het werkwoordelijk gezegde) direct ondergaat. Een andere naam voor het lijdend voorwerp is daarom direct object.
Wat is het voorwerp in een zin?
Zoek eerst de persoonsvorm, het onderwerp en het gezegde. Het lijdend voorwerp = wie / wat + onderwerp + gezegde. Als de zin een naamwoordelijk gezegde heeft, dan is er geen lijdend voorwerp. Een zin kan dus alleen een lijdend voorwerp hebben als het een werkwoordelijk gezegde heeft.
Kan er een meewerkend voorwerp in de zin staan met een Naamwoordelijk gezegde?
Wat is een meewerkend voorwerp wikikids?
Een meewerkend voorwerp is dat zinsdeel dat meewerkt om de handeling te verrichten. Zonder het meewerkend voorwerp zou een zin met geven bijvoorbeeld niet compleet zijn. Voor een zinsdeel dat meewerkend voorwerp is kan aan of voor worden geplaatst. Staat aan of voor er al voor, dan kun je deze woorden weglaten.