Inhoudsopgave
Wat is roeren?
Roeren – (roerde, heeft geroerd), in beweging brengen, door elkander bewegen; suiker in een glas water roeren; de soep, pap roeren; —(plat spr.)
Wat betekent de uitdrukking aan het roer staan?
levensbedreigend tekort aan voedsel.
Wat is een doorgestoken roer?
Een doorgestoken roer hangt niet aan het achtersteven maar is via een buis (de hennegatskoker) in het achterdek via de roerkoning verbonden met de helmstok. Omdat het roer onder de boot zit, is dit type roer niet op te hijsen.
Wat is in rep en roer?
D.w.z. in opschudding, in beweging, in beroering; eig. aan het reppen en roeren, welke werkwoorden beide bewegen’ beteekenen. Vgl.
Wat is het doel van roeren?
geleidelijkheid is gewenst voor een rustige procesgang. Vanaf het gisten is het gebruik van het roerwerk nuttig. Roeren van de (gistende) most tijdens de vinificatie. Het gistbezinksel komt zo beter in contact met de wijn en de gisting zal optimaler verlopen.
Wat is een reling?
(
Wat betekent aan de grond zitten?
Spreekwoorden ‘aan-de-grond-zitten’ die mensen zitten aan de grond:ze hebben (bijna) geen geld en goederen meer.
Wat is de betekenis van over de brug komen?
D.w.z. betalen, zoowel van schulden als van toelagen; fri. oerde brêge komme, betalen, tracteeren, onthalen, dat de Engelschen to come down noemen en de Groningers (ad) koram (lat. coram?)
Hoe werkt het roer van een schip?
Als je het stuurwiel naar rechts draait, draait het roer naar rechts en beweegt het schip als het vaart (snelheid) heeft naar stuurboord. Als je een helmstok naar rechts beweegt, draait het roer naar links en zal het schip naar bakboord draaien. Helmstok en stuurwiel werken dus tegengesteld.
Waar zit het roer?
Hoewel het roer bij de meeste schepen achteraan staat, zit het roer van de meeste kleine jachten en plezierboten vooraan. Het woord ‘roer’ wordt binnen de scheepvaart eigenlijk niet vaak meer gebruikt. Ze noemen het vaker ‘de brug’. De brug van een schip zit om praktische redenen achteraan.
Wat is een Balansroer?
Balansroer definities roer, waarbij de druk van het schroefwater op het gedeelte van het roerblad voor de roerkoning, bijna net zo groot is als de druk op het achterste deel. Soms ook evenwichts- of tolroer genoemd.