Inhoudsopgave
Hoe driehoeksgetal berekenen?
Een driehoeksgetal kan grafisch worden weergegeven door een aantal stippen in een gelijkzijdige driehoek die gelijkmatig met die stippen wordt gevuld. Aangezien drie stippen in de vorm van een gelijkzijdige driehoek kunnen worden gelegd, is het getal 3 dus een driehoeksgetal.
Wat is een Rechthoeksgetal?
De driehoeksgetallen zijn de getallen 1, 3, 6, 10, 15, 21… Rechthoeksgetallen zijn de getallen 2, 6, 12, 20 enz. Het zijn de verdubbelde driehoeksgetallen. Ze heten zo omdat je ze kunt tekenen in een rechthoekige vorm met de afmetingen 1 x 2, 2 x 3, 3 x 4, 4 x 5, 5 x 6 enz.
Is 55 een driehoeksgetal?
Dit kun je bij elk driehoeksgetal doen. Dus bijvoorbeeld het twintigste driehoeksgetal is de helft van 20 x 21 = 420. Dat 210. Nu weet ik: 55 is het tiende driehoeksgetal.
Wat is het 50ste Driehoeksgetal?
1 – 5 – 12 – 22 – 35 – 51 – 70 – 92 – 117 – 145 – 176 – 210 – 247 – 287 – 330 – 376 …
Welke getal moet er in het hokje staan?
Vul de driehoek in tot en met 100. Dit zijn de getallen 19 en 23. Tel deze getallen bij elkaar op, zodat je het hokje daaronder kunt invullen. De som wordt: 19 + 23 = 42. In het hokje aan de rechterkant is het antwoord al gegeven.
Wat is een Vierkantsgetal?
Vierkantsgetallen zijn inderdaad kwadraten, ze worden zo genoemd omdat je ze in een vierkant kunt leggen, ze zijn het product van 2 gelijke getallen vb. 4 (2×2) 9 (3×3) 16 (4×4) 25 (5×5) 36 (6×6) 49 (7×7)enz.
Waar worden Driehoeksgetallen voor gebruikt?
Driehoeksgetallen zijn ook interessant. Als je leerlingen in groep 6 vraagt een driehoek te maken voor het getal 55 en daarna voor 78, gaan de meeste leerlingen helemaal opnieuw beginnen met het neerleggen van 78 nadat ze 55 hebben gelegd.
Wat is het vijfde Driehoeksgetal?
1 – 3 – 6 – 10 – 15 – 21 – 28 – 36 – 45 – 55 – 66 – 78 – 91 – 105 – 120 – 136 – 153 – 171 – 190 – 210 – 231…..
Waar worden driehoeksgetallen voor gebruikt?
Wat is een Rekendriehoek?
U ziet hier rekendriehoeken. Twee getallen naast elkaar in de driehoek vormen een erbij-som. Het antwoord staat naast de driehoek. De leerling probeert te bedenken welke getallen er op de puntjes moeten komen te staan (antwoord op de eerste som: 7 en 3 in de driehoek, 10 er buiten).