Inhoudsopgave
Hoe heet een gat in de dijk?
Het zijn waterplassen vlak achter de dijken. Door de kracht van het naar buiten stromende en rondkolkende water bij een dijkdoorbraak ontstonden op veel plaatsen vlak achter de dijken diepe gaten: de doorbraakgaten, ook wel kolkgaten genoemd. Andere namen zijn wielen of waaien.
Waarom stromen veel rivieren naar Nederland toe?
Rivieren hebben een grote invloed op het landschap waar ze doorheen stromen. Ze breken materiaal af, transporteren het en zetten het ergens anders weer af. Dit alles is te danken aan het dragende vermogen van water. Stromend water heeft voldoende energie om klei, zand en zelfs grind mee te voeren.
Hoe heet het jongetje met zijn vinger in de dijk?
Het jongetje heet Peter in dit gedicht.
Wat is een Kolkgat?
(en), door stromend, met puin beladen water uitgeslepen gat. (e) Een kolkgat heeft een min of meer cilindrische vorm en komt in het rivierbed, in de oevers van een rivier en onder een waterval voor. Ze kunnen meters diep worden en vertonen vaak een spiraal vormig gegroefde wand.
Wat is maatgevende hoogwaterstand?
Maatgevende (hoog)waterstand is de waterstand die maatgevend is voor het bepalen van de lokaal vereiste hoogte van de waterkering.
Wat is een dijkbreuk?
v./m. (-en), het bezwijken van een dijk op een ogenblik waarop zij water keert. Een dijkbreuk kan ontstaan door beschadiging van het buitenbeloop door golfslag, en vooral door overlopen van de kruin, waardoor ontgronding aan de hiel van de dijk ontstaat.
Wat is een Overslaggrond?
Tijdens een dijkdoorbraak rondom een wiel afgezet zand en grind.
Waarom is Nederland het afvoerputje van Europa?
Nederland is het afvoerputje van Europa. Voortdurend voeren rivieren zand, grind en ander erosiemateriaal aan uit verre berggebieden en alles wordt bij ons gedumpt. Hierin stroomden woeste rivieren die ongehinderd hun bedding verlegden en overal zand- en grindbanken opruimden en weer opbouwden.
Waarom wordt in het oosten een oeverwal van beneden naar boven minder zandig?
Het zand bezinkt direct naast de rivierbedding, de klei wat verderop in de komgronden áchter de oeverwallen. Omdat dit proces zich bij iedere overstroming herhaalt, vormt zich in de loop van de jaren een steeds hogere en bredere natuurlijke wal.