Hoeveel kun je maximaal intramusculair injecteren?

Hoeveel kun je maximaal intramusculair injecteren?

Een ander voordeel is dat deze manier van injecteren geschikt is voor alle vloeistoffen die bij een subcutane injectie irritatie van het onderhuids bindweefsel kunnen veroorzaken, zoals antibiotica. Voor een intramusculaire injectie geldt dat er maximaal vijftien millimeter vloeistof mag worden ingespoten.

Waar moet je opletten bij intramusculair injecteren?

Plaats van injecteren kan zijn:

  • de bil, bovenste buitenste bilkwadrant;
  • het been, middelste derde gedeelte van het bovenbeen aan de buitenzijde;
  • de arm, bovenste derde gedeelte van de bovenarm aan de buitenzijde.

Wat is het risico van het te snel injecteren van de injectievloeistof?

Sommige etsende en stroperige vloeistoffen kunnen namelijk het subcutane weefsel beschadigen of pijn veroorzaken als ze terugvloeien. Deze pijn ontstaat doordat de druk in de oplossing van de injectie niet overeenkomt met de druk in het lichaamsweefsel.

Hoeveel ml injectievloeistof kan je in de dijbeenspier injecteren?

musculus deltoideus (de deltaspier: dit is geen grote spier en dus alleen voor kleine hoeveelheden, maar de meeste vaccins zijn maar 0,5 à 1 ml waarbij dit geen bezwaar is) musculus quadriceps femoris: ofwel in de musculus rectus femoris (de rechte dijspier), ofwel in de musculus vastus lateralis.

Wat is de Rangeertechniek?

De rangeertechniek wordt bij het toedienen van etsende en stroperige vloeistoffen gebruikt om het terugvloeien van de vloeistof te voorkomen waardoor het subcutane weefsel kan worden beschadigd of pijn veroorzaakt wordt.

Wat kan optreden bij aanprikken van een zenuw tijdens de injectie?

De rangeertechniek Deze techniek voorkomt terugvloeien en/of irritatie van geïnjecteerde vloeistof in het onderhuidse bindweefsel. Terugvloeien van vloeistof kan pijn en beschadiging veroorzaken vooral bij olieachtige of irriterende vloeistoffen.

Hoe snel wordt de medicatie opgenomen vanuit de verschillende Injectieplaatsen?

Bij intramusculaire injecties vindt de inspuiting (injectie) plaats in spierweefsel. De vloeistof wordt sneller (binnen 15 – 20 minuten1) in de bloedsomloop opgenomen dan na een subcutane injectie. Injecteren in de spier kan pijnlijk zijn. Help de cliënt de spier te ontspannen.

Waar griepspuit zetten?

Wijze toediening vaccins

  • Griep- en pneumokokkenvaccins zijn beide geïnactiveerde vaccins, waardoor er geen minimum interval nodig is tussen beide vaccinaties.
  • Als u zowel een griep- als pneumokokkenvaccin toedient, vaccineer dan het griepvaccin in de linkerbovenarm en het pneumokokkenvaccin in de rechterbovenarm.

Waar IM injecteren?

Bij intramusculaire injecties vindt de inspuiting plaats in het spierweefsel. De naald wordt loodrecht door de strak getrokken huid in gebracht. De vloeistof wordt sneller in de bloedsomloop opgenomen dan na een subcutane injectie. Injecteren in een gespannen spier is pijnlijk en vergroot de kans op nabloeden.

Hoeveel ml injecteren?

Hoewel intramusculair injecteren een basis handeling is die vaak uitgevoerd wordt, is het een gecompliceerde handeling. Overweeg welke injectieplaats het beste is, houd rekening met de soort medicatie, het volume van de medicatie en de lengte en dikte van de naald. Spuit medicijnen langzaam in (ongeveer 10 sec/ml.)

– Wanneer de injectievloeistof relatief langzaam door het lichaam opgenomen wordt, bijvoorbeeld bij olieachtige stoffen. – Als er een ‘ruime’ hoeveelheid vloeistof ingespoten moet worden (max. ongeveer 20 ml).

Welke medicijnen kun je subcutaan injecteren?

Er wordt gebruikgemaakt van een korte naald die geplaatst wordt in een plooi in de huid die met de vingers wordt gemaakt. De buik is hiervoor erg geschikt. Voorbeelden hiervan zijn de toediening van insuline door diabetici en de toediening van methotrexaat door mensen met reumatoïde artritis.

Hoe diep naald intramusculair?

Gebruik voor intramusculaire injecties een iets dikkere en langere naald, bijvoorbeeld 0,8 x 25- 38 mm-naalden voor volwassenen. Voor kinderen wordt 16 mm aanbevolen. De lengte van de naald wordt ook bepaald door de dikte van de onderhuidse bindweefsellaag (vetlaag)1.

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven