Inhoudsopgave
Is dat komma?
Voor het voegwoord dat is de komma vrijwel altijd overbodig. Voor andere onderschikkende voegwoorden wordt vaak wel een komma gezet, maar niet altijd: vooral na korte hoofdzinnen is ook bij deze voegwoorden geen komma nodig.
Is om komma?
Vóór voegwoorden als hoewel, omdat, zodat, opdat, indien, maar, aangezien en terwijl kun je meestal het best een komma plaatsen: Zij vertelde het aan iedereen, hoewel de informatie vertrouwelijk was.
Is omdat met komma?
Voor het onderschikkend voegwoord omdat wordt vaak een komma gezet, maar de komma kan ook worden weggelaten. Kaneko gaat niet mee(,) omdat ze te veel rugpijn heeft. De vrouw zweeg over haar ziekte(,) omdat ze vreesde voor haar job. De Elfstedentocht gaat niet door(,) omdat het ijs niet dik genoeg is.
Waar plaat je een komma?
Je gebruikt een komma in de volgende gevallen:
- tussen bijvoeglijke naamwoorden die bij het volgende zelfstandige naamwoord horen:
- in een opsomming (maar niet voor het woordje ‘en’):
- achter een briefaanhef:
- rondom een aanspreking:
- tussen twee persoonsvormen in samengestelde zinnen:
Wat is het beter om een komma voor en te zetten?
Maar soms is het beter om wel een komma te gebruiken voor en. Bijvoorbeeld omdat de zin moeilijk te lezen is of zelfs van betekenis verandert zonder de komma. Een voorbeeld van een moeilijk te lezen zin als je de komma voor enniet zet:
Wat is de vaste regels van komma’s?
Er zijn geen vaste regels te geven voor het gebruik van komma’s. Wanneer op welke plaats komma’s gebruikt moeten worden, hangt af van het zinsverband. Er zijn echter wel enkele algemene uitgangspunten. Die zijn gebaseerd op conventies: de vaste gewoonten van een meerderheid van de ‘zorgvuldige’ taalgebruikers.
Hoe zet je een komma na een aanhef?
Zet altijd een komma na een aanhef. Als je een e-mail of brief schrijft, zet je na de naam of aanspreektitel altijd een komma. Beste meneer De Hond, Lieve jongen, Als een zin eindigt met de persoon die je aanspreekt, zet je daarvoor een komma. Het was leuk om een tomatengevecht met je te houden, oma.
Wat is het gebruikelijk om tussen twee persoonsvormen een komma te zetten?
Het is ook gebruikelijk om tussen twee naast elkaar staande persoonsvormen een komma te zetten: 1 Wat zij gepresteerd heeft, is heel opmerkelijk. 2 Nu ik er langer over nadenk, vind ik het geen gek idee. 3 Wat zij bereikt heeft, is vooral te danken aan haar doorzettingsvermogen.