Inhoudsopgave
Kan een MV in een NWG?
Het meewerkend voorwerp (mv) hangt samen met de persoonsvorm, het onderwerp, het gezegde (naamwoordelijk of werkwoordelijk) en het lijdend voorwerp. In een zin kan maar één meewerkend voorwerp staan. Het is belangrijk dat je weet dat niet iedere zin een meewerkend voorwerp heeft.
Wat is een NWG en een WWG?
Het gezegde kan werkwoordelijk of naamwoordelijk zijn. Het naamwoordelijk gezegde (nwg) bestaat altijd uit een koppelwerkwoord. De koppelwerkwoorden zijn; zijn, worden, heten, blijven, schijnen, lijken, blijken, dunken en voorkomen. Het koppelwerkwoord koppelt het naamwoordelijk deel aan het onderwerp.
Wat is het Naamwoordelijk gezegde in deze zin?
Een naamwoordelijk gezegde bestaat uit alle werkwoorden in de zin en een zinsdeel met een zelfstandig of bijvoeglijk naamwoord dat iets zegt over het onderwerp. Het naamwoordelijk gezegde geeft een toestand aan: het onderwerp is/ wordt/ blijft/ blijkt/ lijkt/ schijnt/ heet iets. De jongen is koning.
Wat is het NWD?
NWD is een historisch merk van motorfietsen. De bedrijfsnaam was: Next World Design Inc. later Apache Motorworks. NWD was een Industrieel ontwerpbureau dat in 1992 het prototype van een zeer futuristische motor, de NWD Apache, presenteerde.
Kan een meewerkend voorwerp in een Naamwoordelijk gezegde?
Als in de zin een meewerkend voorwerp zit, is er ook heel vaak een lijdend voorwerp aanwezig. Soms is er in de zin geen lijdend voorwerp aanwezig, maar wel een meewerkend voorwerp. Dat is in twee situaties het geval: als de zin een naamwoordelijk gezegde heeft en als je te maken hebt met een lijdende (of passieve) zin.
Kan er een MV zijn als er geen LV is?
Een meewerkend voorwerp kan in een zin staan, maar dat hoeft niet. Er staat altijd maar maximaal één meewerkend voorwerp (mv) in een zin. Het meewerkend voorwerp (mv) kun je vinden door de volgende vraag te stellen: mv: aan/voor wie + wwg + ow + (lv)?
Wat is het verschil tussen Werkwoordelijk gezegde en gezegde?
In bijna alle Nederlandse zinnen staat een onderwerp. Van dat onderwerp wordt in veel zinnen gezegd dat het iets doet – of kan doen, of wil doen, of moet doen enz. Dat gezegde krijgt dan de vorm van een of meer werkwoorden. We spreken daarom van een ‘werkwoordelijk gezegde’.
Hoe zoek je het Naamwoordelijk gezegde in een zin?
Hoe vind je het naamwoordelijk gezegde?
- Is de persoonsvorm één van de koppelwerkwoorden? (let op bij zijn en worden!)
- Zo ja, zoek dan het naamwoordelijk deel dat het koppelwerkwoord koppelt aan het onderwerp.
- Het koppelwerkwoord en het naamwoordelijk deel vormen samen het naamwoordelijk gezegde.
Hoe vind je het NG?
Het naamwoordelijk deel van het gezegde of ook: het predicaat, is een uitdrukking die via een koppelwerkwoord gelijkgesteld of vergeleken wordt met het onderwerp. Het naamwoordelijk deel bestaat, zoals de naam al zegt, vaak uit een naamwoord al of niet met toebehorende lidwoorden en verdere bepalingen.
Waarom Zinsleer?
Zinsontleding is een belangrijk onderdeel van het vak Nederlands in de onderbouw van het voortgezet onderwijs. Leerlingen leren de verschillende woordsoorten in een zin te herkennen en te benoemen op zins- en woordniveau.
Hebben WWG of NWG?
Naast het werkwoordelijk gezegde (wwg) is er ook nog het naamwoordelijk gezegde (nwg). Bij een naamwoordelijk gezegde is er altijd sprake van een koppelwerkwoord in combinatie met een naamwoordelijk deel, dat wordt dan samen met de rest van de werkwoorden het naamwoordelijk gezegde genoemd.