Inhoudsopgave
Waar staat de E van E-nummers voor?
Een E-nummer is een code voor een stof die binnen de Europese Unie (EU) toegelaten is als additief in voedingsmiddelen die bedoeld zijn voor menselijke consumptie. Het getal achter de E verwijst naar het nummer van de additief in de Codex Alimentarius, het internationale nummeringssysteem voor voedseladditieven.
Wat zijn E-nummers in voeding?
E-nummers verwijzen naar hulpstoffen die aan een voedingsmiddel mogen worden toegevoegd. Deze hulpstoffen hebben allerlei functies. Ze zorgen bijvoorbeeld voor een mooiere kleur, betere smaak of langere houdbaarheid.
Welke producten bevatten geen E-nummers?
Sommige consumenten eten geen E-nummers vanwege hun religie of overtuiging, onder andere omdat E-nummers een dierlijke oorsprong kunnen hebben. Ze worden bijvoorbeeld uit vlees , botten , wol en haren gehaald. Andere stoffen vinden hun oorsprong in dierlijke producten zoals melk en eieren .
Wat zijn natuurlijke E-nummers?
Verder zijn er E-nummers die (kunnen) worden gemaakt met stoffen uit de natuur. Neem bijvoorbeeld E160d. Dit is lycopeen, een rode kleurstof die gewonnen kan worden uit tomaten.
Welke E-nummers zijn wel goed?
ONGEVAARLIJK:
- Ascorbinezuur (E300) Een antioxidant, beter bekend al vitamine C en daarmee een natuurlijk E-nummer waar weinig mis mee is.
- Xanthaangom (E451)
- Citroenzuur (E330)
- Betanine (E162)
- Aspartaam (E951)
- Mononatriumglutamaat (E621)
- Conserveringsmiddelen (E200-299)
- Sulfieten (E220-228)
Wat is E-nummer 202?
Kaliumsorbaat is een conserveermiddel dat wordt toegevoegd aan vele verschillende voedingsmiddelen en dranken.
Wat zijn E-nummers en welke komen het meeste voor?
Aan het E-nummer kun je vaak al opmaken wat voor functie het heeft in een voedingsmiddel. Zo hebben de kleurstoffen bijvoorbeeld nummers tussen 100 en 200. Tussen de 200 en de 300 vind je de conserveermiddelen en de voedingszuren, en tussen de 300 en de 400 de antioxidanten en voedingszuren.
Waarom zijn E-nummers goed voor je?
E-nummers hebben meestal geen voedingskundige functie. Ze worden toegevoegd in kleine hoeveelheden aan een product en zijn functioneel. Ze zorgen dat de kwaliteit van het voedsel hoog blijft.” Immers zijn we gewend dat ons voedsel vers en lang houdbaar is. Of je gezond eet of niet, ligt aan je voedingspatroon.
Hoe worden E-nummers getest?
Veiligheid. Voordat een toevoeging een E-nummer krijgt, wordt die eerst uitgebreid getest op veiligheid door wetenschappelijk onderzoek. Pas als de Europese autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) de stoffen veilig garandeert, krijgen de stoffen een E-nummer.
Welke categorieën E-nummers zijn er?
De E-nummers zijn ingedeeld naar toepassing:
- E100-181 Kleurstoffen.
- E200-252 Conserveermiddelen.
- E260-297 Voedingszuren.
- E300-321 Antioxidanten.
- E322-392 Voedingszuren.
- E400-495 Geleermiddelen, emulgatoren, stabilisatoren en verdikkingsmiddelen.
Wat zijn de slechte E-nummers?
Als het conserveermiddel benzoëzuur (E210) of natriumbenzoaat (E211) in aanraking komt met ascorbinezuur (vitamine C of E300) ontstaat het schadelijke benzeen. Benzoëzuur wordt daarom steeds minder vaak in frisdranken gebruikt. Ook zou benzoëzuur in combinatie met kleurstoffen ongunstige effecten hebben.
Welke E-nummers zijn slecht voor je?
Mensen die overgevoelig zijn voor sulfiet moeten uitkijken voor nummers E220 tot en met E228. Deze stoffen zijn sulfieten en kunnen bij mensen met astma ademhalingsproblemen veroorzaken. En mensen met de aandoening ‘fenylketonurie’ (PKU) moeten ook opletten.