Waar zit de meeste choline in?
De top 12 voedingsmiddelen met de meeste choline:
- Lever (rund) – 418,2 mg per 100 gram. Dit orgaanvlees is extreem voedzaam.
- Eieren – 293,8 mg per 100 gram.
- Oesters – 101 mg per 100 gram.
- Zalm – 88 mg per 100 gram.
- Kabeljauw – 79,7 mg per 100 gram.
- Pistache – 71 mg per 100 gram.
- Gedeelde plaats:
- Cashew – 61 mg per 100 gram.
Wat choline?
Choline (van het Griekse χολή, cholè, hetgeen gal betekent) is een primair, eenwaardige alcohol en een quaternair ammoniumzout. Het werd in 1849 ontdekt en in 1866 voor het eerst synthetisch bereid. Choline is een voedingsstof die zowel via de voeding kan worden binnengekregen, als kan worden aangemaakt in het lichaam.
Is choline een vitamine?
Choline wordt ook wel vitamine B4 genoemd, en wordt als onderdeel van het vitamine B-complex beschouwd. Het is geen vitamine maar eigenlijk een zogenoemde halfvitamine. Halfvitamines zijn stoffen die ooit vitamines zijn genoemd maar dit later toch niet bleken te zijn.
Waarom choline?
Choline is onderdeel van celmembranen en speelt een rol bij het vervoer van vetten in het lichaam, en een aantal stofwisselingsprocessen. Choline is nodig voor de aanmaak van acetylcholine, een stof die betrokken is bij de prikkeloverdracht in de hersenen.
Is choline een aminozuur?
Choline kan gemaakt worden uit de aminozuren lysine en methionine. In zeldzame gevallen kan het lichaam geen vitamine B4 aanmaken, of zorgt medicijnmisbruik voor een tekort. Een tekort aan choline zou kunnen leiden tot een verslechterd geheugen, spierzwakte of spierverlamming.
Wat is choline Bitartrate?
Cholinesuppletie (350 mg/dag als cholinebitartraat) kan de effectiviteit van lithium bij bipolaire stoornis verhogen. Choline en DHA hebben synergetische activiteit (in de vorm van fosfatidylcholine-DHA), onder meer bij de neurocognitieve en visuele ontwikkeling van foetus en (jonge) kind.
Welke voeding bevat choline?
Choline zit in ei, vlees, vis, volkoren graanproducten, groente en fruit, vetten en oliën en moedermelk. Pasgeboren baby’s produceren deze stof zelf nog niet of in onvoldoende mate. Daarom wordt het ook toegevoegd aan zuigelingenvoedingen. Bij een tekort kan leverschade ontstaan.