Inhoudsopgave
Wat betekend geuit?
heeft geuit (volt. deelw.) 1) Afvuren 2) Bekendmaken 3) Belijden 4) Betogen 5) Doen blijken 6) Iets verrichten 7) Kenbaar maken 8) Laten blijken 9) Laten horen en zien 10) Luchten 11) Manifesteren …
Wat betekent uitte?
uiten – Werkwoord 1. (refl) zich ~: uiting geven aan gevoelens ♢ Hij had vaak moeite zich te uiten. 2. (ov) zeggen ♢ Hij uitte een schreeuw.
Is het geuit of geüit?
Het correct gespelde voltooid deelwoord van uiten is geuit.
Wat betekent geëerd?
geëerd – Werkwoord 1. voltooid deelwoord van eren geëerd – Bijvoeglijk naamwoord 1. van een persoon dat hij of zij respect verdient en ook krijgt ♢ De circus directeur verwelkomde het geëerde publiek bij de voorstelling.
Heeft kunnen uitten?
tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geuit (volt. deelw.) uitspreken of kenbaar maken Voorbeelden: `je mening uiten over de ontwikkelingen`, `moeite hebben om je gevoelens te uiten…
Is het uiten of uitten?
uiten/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van uiten | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs | lang | |
tegenwoordig (o.t.t.) | uit | uiten |
verleden (o.v.t.) | uitte | uitten |
toekomend (o.t.t.t.) | zal uiten | zullen uiten |
Kunnen uitten?
uitspreken of kenbaar maken Voorbeelden: `je mening uiten over de ontwikkelingen`, `moeite hebben om je gevoelens te uiten…
Wat is de betekenis van beinvloeden?
beïnvloeden – Effect hebben op de handelingen, het gedrag, de opinies of het werk van anderen, mogelijk onbewust. Gebruik ‘invloed’ voor het effect van een persoon of zijn werk op het creatieve denken of werk van anderen.
Wat is geërgerd?
Definities die `geërgerd` bevatten: Geprikkeld = 1) Aangebrand 2) geërgerd 3) Geïrriteerd 4) Gepikeerd 5) Geraakt 6) Gerriteerd 7) Korzelig 8) Kregel 9) Kribbig 10) Kriebelig 11) Misnoegd 12) Ontstemd 13) Opgewonden 14) Pissig 15) Prikkelbaar 16) Wrevelig 17) Zenuwachtig…
Wat is de verleden tijd van uiten?
uiten/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van uiten | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs | ||
tegenwoordig (o.t.t.) | uit | uit |
verleden (o.v.t.) | uitte | uitte |
toekomend (o.t.t.t.) | zal uiten | zult/zal uiten |