Inhoudsopgave
Wat is de functie van cellen in je lichaam?
Een groepje cellen met dezelfde vorm en functie vormt een weefsel. De verschillende samenwerkende weefsels die samen een functie uitvoeren, vormen een orgaan. Een groep samenwerkende organen vormen samen een orgaanstelsel. Cellen zijn dus heel belangrijk in de opbouw van het lichaam. Zonder cellen in je lichaam kan je niet leven.
Wat is de levensduur van een cellen?
Je lichaam bestaat uit zo’n 300 verschillende celtypen die allemaal een andere levensduur hebben. Sommige cellen leven slechts een aantal uren of 2 tot 3 dagen, terwijl andere cellen 4 maanden of zelfs 8 tot 10 jaar leven.
Wat is de bouwsteen van de cel?
Cellen. Cellen zijn een belangrijke bouwsteen voor je lichaam. Ze voeren belangrijke lichaamsprocessen uit, waardoor je kunt blijven leven. Een cel heeft een eigen levenscyclus wat ook wel de celcyclus wordt genoemd. Verder kunnen cellen zich ook weer ontwikkelen tot andere cellen.
Wat is de cel opgebouwd?
Een cel is opgebouwd uit de volgende onderdelen: 1 Het celmembraan 2 Het cytoplasma 3 De celkern 4 Het golgi-systeemx 5 De centriolen 6 Het endoplasmatisch reticulum 7 De ribosomen 8 De lysosomen 9 De mitochondriën
Wat zit er in de celkern van een dierlijke cel en plantencel?
In de celkern van een dierlijke cel en een plantencel bevindt zich het DNA (lees hier meer over DNA en de eiwitsynthese). Het DNA bevat alle informatie die we nodig hebben om te kunnen functioneren. Dit DNA wordt gebruikt om alle processen te reguleren. In de celkern wordt een kopie gemaakt van DNA, genaamd RNA.
Waar bevindt zich het DNA van een dierlijke cel en een plantencel?
In de celkern van een dierlijke cel en een plantencel bevindt zich het DNA Een plant heeft naast zonlicht ook water en koolstofdioxide nodig en maakt naast glucose ook zuurstof. Dit proces is eigenlijk het omgekeerde van verbranding. In een (groene) plantencel vinden beide processen plaats.
Wat is een celkern?
De celkern is een rond of ovaal lichaampje, dat meestal middenin de cel ligt. De celkern blijkt bij vele levensprocessen een onmisbaar onderdeel van de cel te zijn. Lichaamscellen zonder celkern (de rode bloedlichaampjes) hebben maar een zeer beperkte stofwisseling en zijn niet in staat tot groei of deling.