Inhoudsopgave
Wat is een Feedbackgesprek?
Feedbackgesprek. Feedback betekent letterlijk ’terugvoeden’. Feedback geven wil zeggen dat u naar de ander terugkoppelt wat volgens u de effecten zijn van zijn of haar (werk)gedrag. Feedback geven kan zowel op resultaten als op ontwikkeling.
Wat zijn de voordelen van feedback?
Continue Feedback: de 4 grootste voordelen
- Continu leren en groeien. Om te kunnen leren en zichzelf verder te ontwikkelen, moeten werknemers bereid zijn hun sterke en ontwikkelpunten openlijk en regelmatig te bespreken.
- Meer werkgeluk.
- Sneller anticiperen op problemen.
- Betere doelstellingen.
Wat is de laatste stap bij het geven van feedback?
De laatste stap is het benoemen van het door jou gewenste gedrag en ook hier vertel je dat in de ik-vorm. Niet: ‘Je moet stoppen met dat geschreeuw’, maar: ‘Ik zou graag willen dat je voortaan wat minder luid telefoneert. Dit zorgt voor meer rust op de afdeling, zodat ik me beter kan concentreren’.
Zou je mij feedback kunnen geven?
Standaard feedbackvragen Zou je mij feedback willen geven op hoe ik het heb gedaan? (een onnodig gesloten vraag?) Welke feedback kun je geven op hoe ik het heb gedaan? Zou je – uitgedrukt in de 4G’s – iets willen noemen dat je opvalt aan hoe ik functioneer? Welke sterke en zwakke punten vind je dat ik heb?
Wat is het doel van positieve en negatieve feedback?
We onderscheiden positieve en negatieve feedback. Positieve feedback benadrukt de sterktes van een medewerker, terwijl negatieve feedback zich vooral focust op het veranderen of uitbannen van ineffectief of ongewenst gedrag. Positieve feedback zorgt er bovendien voor dat je brein het gelukshormoon oxytocine aanmaakt.
Hoe geef ik een goede feedback?
In het geval van positieve feedback prijs je vooral en geef je aan waarom je onder de indruk bent van een bepaalde prestatie. Negatieve feedback is vooral gericht op het verminderen of veranderen van ineffectief of ongewenst gedrag. Beiden hebben een nut.
Hoe voer je een Feedbackgesprek?
Feedbackgesprek tips
- Vertel wat je hebt gezien en niet wat je denkt te hebben gezien.
- Praat in de ik-vorm, niet in de jij-vorm.
- Geef geen feedback wanneer je nog enorm boos bent.
- Wacht niet te lang met het geven van de feedback.
- Wees specifiek en to-the-point.
- Toets of de persoon je begrijpt.