Wat is een PICO vraag?
Om een klinische vraag te beantwoorden is de PICO-systematiek een effectieve procedure. ‘P’ staat voor probleem of patiënt, ‘I’ voor interventie, ‘C’ voor comparison (vergelijking) en ‘O’ voor outcome (uitkomst).
Hoe formuleer je een PICO vraag?
1. Formuleer je (PICO) onderzoeksvraag
- P – Populatie, Patiëntengroep of Probleem waarin je geïnteresseerd bent. Denk hierbij aan opvallende kenmerken (bijv.
- I – Intervention, die je wilt onderzoeken.
- C – Control, of Comparison, oftewel het alternatief wat je wilt onderzoeken (bijv.
- O – Outcome, de uitkomst.
Hoe gebruik je een PICO?
Je gaat eerst zoeken per PICO-element. Zoek bijpassende zoektermen en probeer zoveel mogelijk synoniemen te bedenken. Daarna combineer je de PICO-elementen met elkaar. Gebruik je de juiste zoektermen, dan zal de combinatie leiden naar een antwoord op je onderzoeksvraag.
Wat is een Zoekstring?
Eén ZOEKSTRING voor de hele vraag bestaat uit een combinatie met OR en AND van alle zoektermen, gescheiden of juist samen genomen met behulp van haakjes of aanhalingstekens of dergelijke, al naar gelang wenselijk.
Waarom stel je een PICO op?
PICO is een methode om relevante informatie te vinden bij een onderzoeksvraag, gebaseerd op EBP (evidence based practise). Door het gebruik van PICO is het gemakkelijker om een grote stroom aan informatie te filteren op relevantie voor het onderzoek.
Wat is een klinische onzekerheid?
O: uitkomst (outcome). Van een klinische onzekerheid is sprake als iedereen wat anders doet, er twijfel is over een bestaande routinematige werkwijze of bij de invoering van nieuwe werkwijzen zonder enige onderbouwing.
Wat wordt bedoeld met evidence based practice?
EBP is het zorgvuldig, expliciet en oordeelkundig gebruik van het beste bewijsmateriaal en de evidence die op dit moment beschikbaar is, met als doel om beslissingen te nemen samen met individuele patiënten om zo de kwaliteit van de zorgverlening te verbeteren.