Inhoudsopgave
Wat is een zin met 1 persoonsvorm?
Een zin met 1 persoonsvorm noemen we een enkelvoudige zin. Een zin met meer dan 1 persoonsvorm noemen we een samengestelde zin. Een samengestelde zin kan bestaan uit: hoofdzinnen of uit (een) hoofdzin (nen) en (een) bijzin (nen). In een hoofdzin staat de persoonsvorm vooraan of na het eerste zinsdeel.
Wat is een samengestelde zin?
Samengestelde zinnen. Een zin met 1 persoonsvorm noemen we een enkelvoudige zin. Een zin met meer dan 1 persoonsvorm noemen we een samengestelde zin. Een samengestelde zin kan bestaan uit: hoofdzinnen of uit (een) hoofdzin (nen) en (een) bijzin (nen). In een hoofdzin staat de persoonsvorm vooraan of na het eerste zinsdeel.
Wat kunnen de hoofdzinnen met elkaar verbonden worden?
Hoofdzinnen kunnen met elkaar verbonden worden door de voegwoorden en, maar, want of of. Voorbeelden: Het is al laat en daarom kom ik vanavond. Het is al laat, maar ik kom toch vanmiddag. Ik kom vanavond want het is al laat.
Hoe begint een citaat met een hele zin?
Als een hele zin geciteerd wordt, begint het citaat met een hoofdletter, en wordt het citaat gevolgd door een komma. Na een vraagteken of uitroepteken kan die komma weggelaten worden, maar dat hoeft niet. Het voordeel van het schrijven van deze komma is dat de lezer meteen ziet dat de zin nog niet is afgelopen.
Hoe vervalt de zin van het citaat?
Als de zin begint met het citaat, vervalt de punt (het vraagteken of het uitroepteken blijft staan), en wordt het citaat gevolgd door een komma. Na een vraagteken of uitroepteken kan die komma weggelaten worden, maar dat hoeft niet. Het voordeel van het schrijven van deze komma is dat de lezer meteen ziet dat de zin nog niet is afgelopen.
Wat zijn de zinsdelen van een voorwerp?
Traditioneel worden de volgende zinsdelen onderscheiden: onderwerp, persoonsvorm, gezegde, meewerkend voorwerp, belanghebbend voorwerp, ondervindend voorwerp , oorzakelijk voorwerp, lijdend voorwerp, bijwoordelijke bepaling, bijvoeglijke bepaling, voorzetselvoorwerp en bepaling van gesteldheid.
Welke zin heeft een onderwerp en een gezegde?
Natuurlijk komen niet al die zinsdelen samen in één zin voor. Wel heeft vrijwel elke zin (behalve een elliptische zin) een onderwerp en een gezegde. ‘Ik slaap’ bestaat uit een onderwerp (ik) en een gezegde (slaap). De zin ‘Anna leest een boek’ heeft een onderwerp (Anna), een gezegde (leest) en een lijdend voorwerp (een boek).