Inhoudsopgave
Wat is het verschil tussen schimmels en gisten?
De schimmels zijn draadvormige fungi waardoor de groei een typisch stoffig, wollig of harig uiterlijk heeft. Gisten zijn meestal eencellig en vormen gladde kolonies. De meeste schimmels bestaan uit draden (filamenten of hyfen) die zich vertakken en uitgroeien over of in het substraat waar de schimmel op groeit.
Kan een schimmel glucose maken?
De meeste parasiterende schimmels leven echter op bomen. De meeste schimmels leven op zieke bomen, maar sommige soorten zoals de honingzwam kunnen zelfs gezonde bomen aantasten. De schimmel krijgt organische stoffen, zoals glucose, van de boom.
Hebben schimmels ribosomen?
De cellen van schimmels bevatten meerdere celkernen. Bij de Basidiomycota zijn ze het meest ontwikkeld en scheiden ze behalve de celkern ook andere organellen. Septa hebben gewoonlijk poren: kleine openingen waardoor ribosomen, mitochondria en soms ook celkernen van de ene naar de andere cel kunnen gaan.
Wat is een Gistinfectie?
Normaal is het aantal schimmels, gisten en bacteriën met elkaar in evenwicht: geen van de drie kan sterk groeien en daardoor klachten veroorzaken. Bij verstoring van dit evenwicht kan er een schimmel- of gistinfectie optreden.
Kunnen schimmels eigen voedsel maken?
Veel schimmels leven in mutualistische symbiose met planten in de vorm van een mycorrhiza, door bijvoorbeeld voor bomen mineralen te absorberen en in ruil daarvoor suikers terug te krijgen voor hun eigen voeding.
Heeft een schimmel organellen?
De cellen van planten, dieren, schimmels en bacteriën, zijn namelijk verschillend. Ze verschillen in grootte en bevatten niet allemaal dezelfde organellen. Een belangrijk onderscheid is het wel of niet aanwezig zijn van een celkern. Planten, dieren en schimmels zijn eukaryoten, bacteriën zijn prokaryoten.
Hebben schimmels celkernen?
Eukaryoten zijn alle organismen met een celkern, dus alle dieren, planten, schimmels en protisten.