Inhoudsopgave
Wat te doen bij obsessieve gedachten?
Tips voor stoppen van dwanggedachten
- Praat erover !
- Probeer meer te weten te komen over dwang, bijvoorbeeld door te lezen erover of door lotgenotencontact.
- Schrijf de gedachten op, ook al is het telkens dezelfde gedachte (zonder dwanghandelingen uit te voeren).
- Doe aan mindfulness/meditatie.
- Ga lekker sporten!
Kun je je gedachten controleren?
Gedachten komen, daar heb je geen controle over. Er is geen controle. Er is niet te zeggen wat je volgende gedachte zal zijn, en hoeveel gedachten er zullen volgen. Je kunt dit voor jezelf checken. Probeer eens een minuut nergens aan te denken – dat lukt niet.
Waarom heb ik nare gedachten?
Ik schaam me diep voor zulke stomme gedachten en durf ze aan niemand te vertellen. ‘ Deskundigen zijn het eens over de oorzaak van dit soort intrusies: onzekerheidsintolerantie. Niet zelden komen nare dwanggedachten voort uit de angst om een gelukkige omstandigheid of iets wat je erg dierbaar is te verliezen.
Hoe kan ik mijn gedachten sturen?
Gedachten veranderen
- Ben (weer) de baas in je hoofd. Klinkt makkelijker dan het is, maar door veel te oefenen kun je je dit echt eigen maken.
- Relativeer je gedachten.
- Een vast moment voor positief denken.
- Oefen met ademhalingsoefeningen of mediteren.
- Kies je woorden zorgvuldig.
- Wees lief voor jezelf.
Hoe kom je van een dwangneurose af?
Als u een dwangstoornis heeft, kunt u zelf een aantal dingen doen om met uw angsten te leren omgaan en u beter te voelen.
- Bewegen.
- Genoeg slapen.
- Regelmatig leven.
- Goed eten.
- Geen alcohol en drugs gebruiken.
- Ontspannen.
- Zo veel mogelijk alles blijven doen.
- Uw gedachten proberen te veranderen.
Hoe van een obsessie afkomen?
Ga een boek lezen of een film kijken die niets met je huidige obsessie te maken hebben. Op het moment zelf, als je gedachten afdwalen en je onmiddellijk afleiding nodig hebt, kun je muziek opzetten, een vriend(in) bellen (om over alles behalve je obsessie te praten), een interessant artikel lezen of aan het werk gaan.
Hoe krijg je controle over je gedachten?
Zorg er dus voor dat je gebruikmaakt van positieve gedachten om je probleem aan te pakken. Probeer voor ogen te houden dat je de manier waarop je denkt kunt veranderen, dat je kunt verbeteren….Vermijd piekeren.
- Denk na over het worst-case-scenario.
- Rooster tijd in om je zorgen te maken.
- Ga een eind wandelen.
Hoe denk ik minder na?
Hun innerlijke monoloog blijft maar doorgaan.
- Het verleden opnieuw blijven afspelen:
- Zorgen maken over de toekomst:
- 1 Merk op wanneer je te veel nadenkt. Bewustzijn is de eerste stap.
- 2 Daag je gedachtes uit.
- 3 Houd je focus op actief probleem oplossen.
- 4 Plan tijd in om na te denken.
- 5 Wees mindful.
- 6 Ga iets anders doen.
Waardoor ontstaan intrusies?
Volgens sommige psychologen zijn intrusies in de evolutie voortgekomen uit een waarschuwingssysteem, bedoeld om ons te waarschuwen en beschermen tegen stommiteiten.
Wat zijn verontrustende gedachten?
Bij een dwangstoornis heeft u last van akelige gedachten die u eigenlijk niet wil hebben. Deze verontrustende gedachten zorgen voor gevoelens van onrust, angst of walging. U ervaart deze gedachten als overdreven of ongepast. De gedachten zorgen ervoor dat u bepaalde handelingen moet uitvoeren.
Kun je je gedachten sturen?
Er zijn allemaal handelingen die je kunt doen, die helpen om meer te ontspannen en je gedachten te verzetten. Je kunt ook gedachten sturen vanuit jezelf. Dat is handig op de momenten dat je al piekert. Als er een stroom van gepieker door je hoofd gaat en je ligt bijvoorbeeld in bed.
Welke gedachten zijn er?
Er zijn verschillende soorten gedachten. Gedachten over het verleden, over de toekomst, over planning, angstige gedachten, negatieve gedachten over jezelf of over anderen, oordelende gedachten, gedachten die situaties beschrijven, dagdromen, gedachten waarin je afdwaalt.
De effectiefste manier om af te komen van een obsessie is misschien wel een gesprek met een psycholoog of een psychisch hulpverlener, zoals een psychiater of een erkend counselor. Praat met vrienden en familie. Soms begrijpen vrienden of familie je beter dan een psycholoog, gewoon omdat ze je zo goed kennen.