Inhoudsopgave
Wat zijn de gevolgen van softdrugs?
Zo kun je door een softdrugs verslaving lichamelijke, psychische, sociale en financiële problemen krijgen. Depressies en het verliezen van de werkelijkheid, gedragsverandering en verslechterde werk-/studieresultaten zijn zomaar een paar gevolgen van een softdrugs verslaving.
Wat zijn de maatschappelijke problemen van drugs?
Dit gebeurt met name wanneer iemand verslaafd raakt aan drugs. Een gebruiker kan dan mogelijk minder goed studeren, werken en contact met andere onderhouden. Ook kunnen geldproblemen ontstaan, omdat de persoon al zijn geld uitgeeft aan drugs.
Wat zijn de gevolgen van drugs op lange termijn?
Bij langdurig gebruik kunnen zich ook depressies, angsten, paniekreacties en slaapstoornissen voordoen. Mensen met astma, een zwak hart, hoge bloeddruk, suikerziekte of epilepsie moeten zeker geen XTC gebruiken. Door de combinatie van XTC en astmamedicijnen kan de bloeddruk gevaarlijk stijgen.
Hoe slecht zijn harddrugs?
De drug zelf Het is schadelijk voor je hersenen, lever en maag. Ook xtc kan bepaalde hersencellen beschadigen. Cocaïne en amfetamine belasten het hart en de bloedvaten. Amfetaminen kunnen ook bepaalde hersencellen beschadigen.
Wat is het probleem van drugs verslaving?
Stimulerende drugs zoals speed en cocaïne kunnen voor uitputting zorgen en problemen met het hart en de bloedvaten. Bij een verslaving wordt je heel erg in beslag genomen door het middel. Interesse voor andere zaken vermindert, waardoor je ontwikkeling stil kan komen te staan. Depressies kunnen ontstaan of verergeren.
Wat doet harddrugs met je op korte termijn?
Jongeren lopen extra risico door gebruik van drugs omdat hun lichaam en hersenfuncties nog niet volgroeid zijn. Middelengebruik op jonge leeftijd kan op korte termijn leiden tot gedragsproblemen en concentratiestoornissen, en op de lange termijn tot depressie, verslaving en andere gezondheidsschade.
Wat doet drugs met je lichaam en geest?
Lichamelijk: je lichaam kan niet meer zonder een bepaald middel, je wordt ziek als je stopt met het gebruiken ervan (ontwenningsverschijnselen) en je hebt voor hetzelfde effect steeds meer nodig (gewenning). Geestelijk: je hebt het gevoel dat je niet goed kan functioneren zonder het middel.