Inhoudsopgave
- 1 Wat zijn de stappen voor het aanpakken van probleemgedrag?
- 2 Wat is probleemgedrag bij dementie?
- 3 Wat is de eerste fase van dementie?
- 4 Wat is de laatste fase van dementie?
- 5 Wat is agitatie bij dementie?
- 6 Welke factoren hebben invloed op het gedrag van mensen met dementie?
- 7 Waarmee kun je probleemgedrag in kaart brengen geef twee voorbeelden?
- 8 Hoe wordt er over probleemgedrag geschreven in het Zorg leef plan?
Wat zijn de stappen voor het aanpakken van probleemgedrag?
Stap 2: De probleemsituatie in kaart brengen
- Analyseformulier zorg (GRIP) (pdf)
- Hetero anamnese zorg (Word), vragenlijst voor EVV-ers bij probleemgedrag bewoner.
- Vragenlijst Inventarisatie en observatie gedragsproblematiek in Handreiking Multidisciplinair omgaan met probleemgedrag (pag, 18-20, pdf)
Wat is probleemgedrag bij dementie?
De Verenso/NIP richtlijn van 2018 koppelt het gedrag vooral aan dementie: probleemgedrag is gedrag dat gepaard gaat met lijdensdruk of gevaar voor de persoon met dementie of voor mensen in zijn omgeving. Een belangrijk doel is om de lijdensdruk te verminderen.
Is probleemgedrag bij dementie op te lossen?
Het gedrag kan erger worden, redelijk stabiel blijven, maar ook spontaan verminderen. Dementie verloopt bij iedereen anders. En daarnaast is natuurlijk ook elke persoon verschillend. In hoeverre gedrag als een probleem wordt ervaren is afhankelijk van de context en van de waarneming en verwachtingen van de betrokkenen.
Wat is de eerste fase van dementie?
Het eerste teken van dementie is wanneer de vergeetachtigheid een patroon begint te worden. Ook treden er kleine veranderingen in het gedrag op. In de eerste fase zijn de klachten van dementie nog licht en is het moeilijk om conclusies te trekken.
Wat is de laatste fase van dementie?
In het laatste stadium zijn mensen met dementie meestal zeer passief. Ze zijn vaak volledig verzonken in zichzelf en zijn niet of nauwelijks meer in staat om contact met de omgeving te maken. In dit stadium van de ziekte is iemand volledig afhankelijk van anderen en heeft 24 uur per dag zorg nodig om te overleven.
Wat is een probleemgedrag bij dementie?
Probleemgedrag bij dementie kan op vele verschillende manieren worden gedefinieerd. Een mooie een veelgebruikte definitie is die van de NVVA Richtlijn Probleemgedrag: alle gedrag van de patiënt dat door deze patiënt en/of zijn omgeving als moeilijk hanteerbaar wordt ervaren.
Wat is agitatie bij dementie?
Agitatie bij dementie ontstaat vaak in de namiddag en wordt daarom ook wel sundowning genoemd. Het model van Hall en Buchwalter (1987) probeert daarvoor een verklaring te geven. Doorgaans ervaren mensen met dementie ‘s morgens relatief weinig stress.
Welke factoren hebben invloed op het gedrag van mensen met dementie?
Ook sociale en fysieke omgevingsfactoren kunnen grote invloed hebben op het gedrag van mensen met dementie, zoals de nabijheid en (interactie)vaardigheden van naasten en verzorgenden, zinvolle dagbesteding, teveel of te weinig prikkels, vertrouwdheid van omgeving en bewegingsvrijheid.
Wat valt onder onbegrepen gedrag bij dementie?
Onder onbegrepen gedrag valt al het gedrag van de persoon met dementie dat door deze persoon zelf en/of zijn omgeving als moeilijk hanteerbaar wordt ervaren. De acht kernelementen staan in het rapport Omgaan met onbegrepen gedrag bij dementie (pdf, 2013) van Vilans en Trimbos-instituut.
Probleemgedrag vraagt om een multidisciplinaire en methodische aanpak, gericht op de onderliggende problematiek….De stappen zijn verdeeld in vier fasen:
- Signaleringsfase – stap 1-3.
- Diagnosefase – stap 4-5.
- Behandelfase – stap 6-7.
- Evaluatiefase – stap 8-9.
Waarmee kun je probleemgedrag in kaart brengen geef twee voorbeelden?
Omgevingsfactoren kunnen aanleiding geven tot probleemgedrag….Denk hierbij bijvoorbeeld aan:
- Zijn er veel of weinig prikkels?
- Hoe reageren medewerkers en cliënten op elkaar, hoe is de bejegening?
- Hoe is de tolerantie van de medewerkers over het gedrag van de cliënt?
- Is er voldoende aandacht voor de autonomie?
Hoe wordt er over probleemgedrag geschreven in het Zorg leef plan?
Het percentage cliënten dat probleemgedrag vertoonde (indicator 7.9) zegt iets over de wijze waarop deze zorg geleverd wordt. Door te onderzoeken welke vraag of behoefte er achter probleemgedrag zit, welke omgevings- factoren het probleemgedrag veroorzaken kan probleemgedrag voorkomen worden.
Hoe signaleer ik onvoorziene en crisissituaties als gevolg van gedragsproblemen?
Hoe signaleer ik tijdig of er sprake is van gevaar voor de cliënt, de groep, collega’s en/of zichzelf? Goed blijven opletten en observeren. Als je ziet dat het gedrag verandert van een cliënt neem je diegene even mee naar een rustige plek en vraagt wat er aan de hand is.