Inhoudsopgave
Wat zijn voornaamwoord voorbeelden?
Lijst persoonlijke voornaamwoorden
- ik loopjij ziet mij, me.
- jij, je, u looptik zie jou, je, u.
- hij looptik zie hem.
- zij, ze looptik zie haar.
- het looptik zie het.
- wij, we lopenjij ziet ons.
- jullie lopenik zie jullie.
- zij, ze lopenik zie ze, hen.
Wat zijn voornaamwoorden Nederlands?
Een voornaamwoord is een woord dat verwijst naar personen, dieren of dingen (concreet of abstract), zonder die met name te noemen. Voornaamwoorden komen dus in feite ‘in de plaats van’ een zelfstandig naamwoord, bijvoorbeeld die in plaats van ‘Andrea’, of het in ‘Ik begrijp het!
Hoe noem je ik jij hij zij?
Persoonlijke voornaamwoorden verwijzen naar levende wezens of zaken, zonder die verder bij de naam te noemen: ik, jou, zij, hen, hem, etc. De vorm hangt af van: de ‘persoon’: Als we over onszelf praten, gebruiken we de eerste persoon. Als je mensen aanspreekt, gebruik je de tweede persoon.
Welk voornaamwoord is het?
Overzicht: soorten voornaamwoorden
Soort voornaamwoord | Verwijst naar… | Voorbeelden |
---|---|---|
Vragend voornaamwoord | Een vraagzin | wie, wat, welke |
Onbepaald voornaamwoord | Iets onbepaalds | het, men, (n)iemand, (n)iets, alles, iedereen, enig, elk, zeker, menig, wat |
Wat zijn voornaam worden?
Voornaamwoorden hebben zelf geen betekenis maar ze verwijzen naar woorden die wel betekenis hebben. Ze maken de communicatie efficiënter: je hoeft niet steeds de persoon of de zaak te herhalen. Voornaamwoorden maken dus dat je tekst veel lekkerder leest. Ze worden ook wel verwijswoorden genoemd.
Welk voornaamwoord is me?
Uitleg
Onderwerpsvorm/ | Voorwerpsvorm | |
---|---|---|
Eerste persoon | ik | mij (me) |
Tweede persoon | jij (je) | jou (je) |
u | u | |
Derde persoon | hij | hem |
Is van een voornaamwoord?
Een voornaamwoord (of: pronomen, meervoud pronomina) is in het algemeen een woord dat naar een zelfstandigheid (iets of iemand) verwijst, bijvoorbeeld dat of zij. Daarmee onderscheidt het zich bijvoorbeeld van een zelfstandig naamwoord, dat zo’n zelfstandigheid (bijvoorbeeld boek, vrouw of Lia) noemt.
Wat zijn tonische voornaamwoorden?
Versterkend voor het lichaam of gedeelten daarvan. Toepassing: salie, ijzerhard, selderij, heermoes, roos, populierenknoppen, rabarber, kervel, wilg, jasmijn, perzik, anijs, venkel, dille, meidoorn, framboos,walnootblad, bijvoet.
Wat is een Onderwerpsvorm?
Onderwerpsvorm: deze woorden worden in een zin als onderwerp gebruikt. Voorwerpsvorm: deze woorden worden in een zin als lijdend voorwerp of als meewerkend voorwerp gebruikt.
Welk voornaamwoord is deze?
Aanwijzend voornaamwoord
enkelvoud | bij het-woorden | dit, dat, zo’n, zulk, zulk een |
---|---|---|
bij de-woorden | deze, die, zo’n, zulke, zulk een | |
meervoud | deze, die, zulke |
Wat voor type voornaamwoord is ze?
Verwijzen naar de-woorden Top
De-woord (vrouwelijk) | persoon |
---|---|
persoonlijk voornaamwoord, onderwerpsvorm | zij/ze staat in de weg |
persoonlijk voornaamwoord, niet-onderwerpsvorm | ik zie haar niet ik zie ze niet (in het zuiden van het taalgebied) |
bezittelijk voornaamwoord | haar man |
betrekkelijk voornaamwoord | die je niet kent |
Wat wordt bedoeld met een voornaamwoord?
Wat wordt bedoeld met de term voornaamwoord? Een voornaamwoord is een woord dat verwijst naar personen, dieren of dingen (concreet of abstract), zonder die met name te noemen. Voornaamwoorden komen dus in feite ‘in de plaats van’ een zelfstandig naamwoord. Ze hebben zelf niet echt betekenis; ze verwijzen naar woorden die wél betekenis hebben.
Wat zijn de voornaamwoorden van een onderzoek?
Voornaamwoorden komen dus in feite ‘in de plaats van’ een zelfstandig naamwoord. Ze hebben zelf niet echt betekenis; ze verwijzen naar woorden die wél betekenis hebben. Als je bijvoorbeeld schrijft over een onderzoek, kun je de voornaamwoorden het, dit of dat gebruiken om naar het woord onderzoek te verwijzen: ‘ Het is vorig jaar begonnen’
Wat is een betrekkelijk voornaamwoord?
betrekkelijk voornaamwoord : ‘Freya, die in groep 5 zit, leest al Harry Potter-boeken.’. bezittelijk voornaamwoord: ‘ Onze hond kan allerlei kunstjes.’. onbepaald voornaamwoord: ‘ Alle aanwezigen kregen een cadeautje.’. persoonlijk voornaamwoord: ‘Ben ik nou zo slim, of zijn jullie zo dom?’.