Hoe kan ons lichaam functioneren?
Eiwitten, vetten en koolhydraten worden wel macrovoedingsstoffen of macronutriënten genoemd. Het lichaam heeft er vrij veel van nodig: de hoeveelheden eiwitten, vet en koolhydraten worden dan ook gemeten in grammen. Deze voedingsstoffen zijn de brandstof voor het lichaam dat zonder deze energie niet kan functioneren.
Wat heb je nodig op een dag?
Koolhydraten, vetten en eiwitten zijn wel essentieel en worden best in een bepaalde verhouding van de totale energiebehoefte (Energie%) ingenomen.
- 15 Energie% eiwitten.
- Maximaal 30 – 35 Energie% vetten.
- Minstens 50 – 55 Energie% koolhydraten.
Wat doet stofwisseling in je lichaam?
Stofwisseling betekent dat er in de lichaamscellen stappen plaatsvinden waarbij de ene stof wordt omgezet in een andere stof. Om energie uit voedingsstoffen te halen, moeten er in het lichaam een aantal stappen gemaakt worden.
Wat is goede brandstof voor je lichaam?
Vetten zijn een langzamere brandstof dan koolhydraten. Ze hebben meer zuurstof nodig om brandstof te kunnen leveren. Waar koolhydraten je benzine zijn, zijn vetten meer je diesel. Neem dagelijks een portie gezonde vetten zoals een handje noten, vette vis, olijfolie, pitten en zaden, 100% pindakaas of avocado.
Wat zijn brand en bouwstoffen?
Sommige voedingstoffen geven je energie (brand- stoffen), andere laten je lichaam groeien (bouwstof- fen) en weer andere zorgen ervoor dat je niet zomaar ziek wordt (beschermstoffen). Eiwitten zijn bouwstoffen. Je gebruikt eiwitten vooral om te groeien: je lijf maakt er spieren, botten, bloed en huid van.
Wat heb je op een dag nodig aan voeding?
De volgende dagelijkse referentie-innames zijn vastgelegd voor volwassenen.
- Energie: 8400 kJ/2000 kcal.
- Totale vetten: 70 gram.
- Verzadigde vetzuren: 20 gram.
- Koolhydraten: 260 gram.
- Suikers: 90 gram.
- Eiwitten: 50 gram.
- Zout: 6 gram.
Hoe krijg je voldoende voedingsstoffen binnen?
Welke voedingstoffen heb je nodig? Tip: Eiwitten zitten vooral in vlees, vis, melk, kaas, eieren, peulvruchten, noten en paddenstoelen. Goede bronnen van koolhydraten zijn vooral volkoren graanproducten zoals volkorenbrood en volkorenpasta, aardappels, peulvruchten, groente en fruit.